we worden dagelijks ouder & gekker & mooier &
de hemel kan zich met vallende rotsblokken nauwelijks verstaanbaar nog maken. Vogels
uitnodigen vogels ter hunner beider begrafenis & eveneens naar Afrikaans gebruik wil je, in
de naarstig bewerkte singulariteit van ons vluchtige samenzijn, in dit enge éne, het beschilderde heden
dat je met die andere dode van ons delen moet, die theetafelhuidafstropende getallenpriegelaar,-
wil je nog haar mozaieke lijf beroeren, haar tempel bevlekken, haar vloertegels bekrassen, ontheiligen
de laatste halmen van heur haar, retoucheren die strengels de dode lippen belikken die je ooit van wanhoops
diepe waters weg deed weifelen, de klamme hand omstrengelen die je in liefde deed nulbarsten, de dijen
kussen waartussen zij je haar wezen diep injoeg opdat je dit in deze stilstand tenminste in hen zou
kunnen wegzeggen vooraleer ik & jij & zij voorgoed bij het witte node het wit zitten te witkalken & ik
op het rammelige raamwerk van onze zielloze letters tot louter klanken wijselijk wil spatten :
parakalpita, paratantra, parinispanna.
het gezamelijke falen c dirk vekemans |